Zoeken
Sluit dit zoekvak.

Twee foto’s, vijftig jaar ertussen

Tussen beide foto’s hieronder zit 49 jaar en voor zowel de auto als zijn bestuurder een bewogen leven. Onlangs werden ze – onverwacht – herenigd tijdens de tentoonstelling over Politie-Porsches in het Louwman Museum in Den Haag. Hieronder het verhaal van Jan Waanders en ‘zijn’ Alex 34.

2016-09-01-photo-000001242016-09-01-photo-00000125

Jan Waanders (71) was als 22-jarige wachtmeester een uitzondering bij de Porsche Groep in Den Haag. “Het was in 1966 niet gebruikelijk dat er vrijgezelle jongemannen werden aangenomen bij de Porsche Groep”, vertelt Waanders. “Ze wilden eigenlijk getrouwde mannen met een gezin, want die hadden een groter verantwoordelijkheidsgevoel. Maar omdat ze toen moesten uitbreiden, kreeg ik toch een kans en kreeg ik een auto toebedeeld die ik deelde met mijn mentor. Het was de Alex 34, een Porsche 356 SC uit 1966 met kenteken 25-87-BK.”

Waanders was als autoliefhebber zeer trots op zijn Porsche en onderhield ‘m goed. “We draaiden diensten van twee dagen werken en daarna waren we twee dagen vrij. Enige voorwaarde was dat we altijd open moesten rijden. Dat vonden we niet erg, maar voor de auto was het niet altijd goed. De verchroomde ringen rond de tellers werden bijvoorbeeld snel dof bij vochtig weer en nevel en dus haalden we daar aan het einde van onze dienst even een doekje overheen om ze mooi te houden. Ook wasten we de auto tussendoor weleens, als het echt smerig weer was. We hadden kortom een zeer goede voertuig-man binding – een heel verschil met tegenwoordig dus, nu je als agent gewoon een auto uit de rij pakt.”

Op een gegeven moment kwam er helaas voor Waanders een einde aan het rijden met de Alex 34. “Een paar collega’s hadden de auto meegenomen omdat er een tekort was en zij zijn op de A16 bij Dordrecht op de vluchtstrook op een ‘vernauwing’ geklapt. De vluchtstrook stopte daar omdat er een duiker in de weg lag en daar zijn ze vol opgeklapt, met een flinke schade rechtsvoor als gevolg. We hebben bij Porsche Wittebrug in Den Haag, waar de auto’s naartoe gingen voor onderhoud, nog afscheid genomen. Daarna is de auto afgevoerd en verkocht. Voor de politiedienst was de schade te groot in ieder geval.

Hierna kwamen de 911-Targa modellen. Eerst nog als 912 met viercilinder, maar al snel met de zescilinders. In 1970 ben ik getrouwd in de 19-75-DU. Ik heb ooit zelf een auto opgehaald bij de fabriek in Stuttgart, een 911 Targa, dat kon toen nog. Kreeg je een rondleiding in de fabriek erbij. Prachtig! Later kreeg ik een nieuwe 911 Targa met kenteken 33-91-SZ, de Alex 26. Wat was ik hier trots op. Ook hier weet ik van, dat die nog bestaat. Vervolgens ben ik werkzaam geweest bij de Ongevallendienst met de Range Rover en bij de Groep Onopvallende Surveillance, waaronder met een Ford Capri met 3.0 liter motor, een Alfa Romeo Alfetta en BMW Tii. In totaal ben ik 20 jaar werkzaam geweest op de weg, maar heb later vooral op kantoor gewerkt en ben geëindigd als hoofdinspecteur.

“We hebben de Porsches kunnen houden tot 1994, daarna kwamen de goedkopere Mercedessen 190 E. De Porsche Groep, Algemene Verkeersdienst werd de KLPD in Driebergen en steeds meer politietaken zijn toen overgenomen door Rijkswaterstaat.” Waanders kan dat nog altijd niet goed begrijpen. “In onze tijd was het de eerste prioriteit om de doorstroming weer op gang te krijgen. Wij sleepten met onze Range Rovers de auto’s na een ongeval naar de kant of veilige plek en gingen vervolgens het papierwerk regelen. Nu laten ze bij Rijkswaterstaat de auto’s veel te lang staan, ze kruizen een of meer rijbanen af en gaan wachten wat er gebeurt, met 20 of 30 kilometer file tot gevolg – en nog een of twee kop-staartbotsingen als het tegenzit. Vroeger moest een kraanwagen er binnen een kwartier na een ongeval zijn, anders raakte ‘ie zijn werk kwijt. Tegenwoordig let men minder op de lengte van de files.”

Ook de instelling van vroeger was anders, volgens Waanders. “Wij hadden een opvoedende taak, waren niet persé uit op het schrijven van bonnen, maar hadden de taak om de snelwegen veiliger te maken. We haalden zelfs af en toe uitstekend rijdende mensen van de weg om hen te complimenteren met hun rijstijl. Er was geen maximumsnelheid, dus mensen mochten gewoon heel hard rijden, als het maar verantwoord ging. En dat was niet altijd het geval. Soms zaten mensen letterlijk te picknicken in de berm naast het langsrazende verkeer. Of voegden ze in door aan het einde van de invoegstrook te stoppen en te wachten tot ze ertussen konden. Bij files stonden we vaak het achteropkomend verkeer te waarschuwen. Dat kon prima, want met de luchtgekoelde 356 kon je onbeperkt achteruitrijden zonder dat de motor oververhit raakte.”

In 2003 ging Waanders met pensioen. ”Ik heb alle spullen van de politie-tijd opgeborgen thuis, maar wist wel dat ik er ooit afscheid van zou nemen. Jassen, helm, uniform: ik wist dat ik er ooit iemand blij mee zou maken. Dat werd Lex Goumare, een van de eerste burgers in Nederland die er een wilde bezitten. Hij werd de motor van een steeds groter groeiende club die inmiddels veel geld over hebben voor een voormalige dienst-Porsche en was zeer blij met de spullen, die ik hem heb overhandigd. Het grappige is dat je 15 jaar geleden vaak hoorde over een bepaalde 911: ‘die moet je niet kopen, dat is een voormalige politieauto’, dit vanwege het vaak zware leven dat zo’n auto achter de rug had. Terwijl tegenwoordig de politie-Porsche een gewild verzamelobject is. Precies omgekeerd dus. Ik weet nog dat mijn zoon Reinier van Reyberg Classics uit Putten, die nu vooral Porsches importeert uit Japan, bijna als eerste 911 zonder het te weten een voormalige politieauto kocht. Hij was er niet zo gerust op, maar kon ‘m uiteindelijk nog aardig verkopen. Het was echter nog voor de enorme prijsstijging van dit soort auto’s. Ik kom ze nu al tegen voor prijzen van ver boven de 100.000 euro. Ook de accessoires zijn inmiddels veel geld waard.”

De club liefhebbers van dit soort auto’s steeg in de loop der jaren gestaag, met als voorlopig hoogtepunt de tentoonstelling in het Louwman Museum, waarvoor ik een uitnodiging kreeg en die tot vier september duurde. Ik had inmiddels ontdekt dat niet alleen de 25-87-BK nog in leven was, maar ook ‘mijn’ andere 911, de Alex 26. Die was namelijk in het bezit van een kennis van eerdergenoemde Lex Goumare. Nou moet je weten dat mijn voorliefde op autogebied al jaren bij Engelse auto’s ligt. Ik restaureer Rovers P6 en heb zelfs een halletje om mijn hobby uit te oefenen. Maar toen Reinier mij een paar jaar geleden een schitterende 911 3.2 uit 1988 met G50-bak liet zien, was ik om en heb deze meteen gekocht. Een prachtauto met origineel 60.000 kilometer op de teller. En dus ontstond het plan om met Pieter van Wijk, mijn voormalige collega van de Porsche Groep als koppel in mijn eigen  Porsche af te reizen naar Den Haag.”

Aldus geschiedde op 24 augustus jongstleden. “Het was prachtig weer en na een mooie rit kwamen we aan in het museum”, vervolgt Waanders. “Maar het allermooiste was, dat ik de hal nog niet binnen was of ik keek al naar mijn eerste 356 dienstauto, de 25-87-BK, in prachtige staat. Ik liep er meteen naartoe om een foto te laten maken, geheel in de stijl van de foto die ik nog had uit de begintijd, leunend tegen de achterzijde. Er kwam meteen een bewaker aanlopen die me dat wilde verbieden, maar ik zei: ‘rustig maar, want dit is mijn auto’. Die man snapte er niets van, maar nadat ik het verhaal had uitgelegd, vond hij het natuurlijk prima. Ongelofelijk eigenlijk. Er zit een periode van 49 jaar tussen die eerste en die tweede foto. Je mag dan best dankbaar zijn dat zowel de auto als ik er allebei nog zijn.”

 

Advertenties
Logo-LUXURY-INS-horizontaal-wit
64-banner
Dia1
Creventic logo black