Zoeken
Sluit dit zoekvak.

Koel en Koel in de Tour Auto

Michael Koel en zijn vader Nico verbaasden de rallywereld door in 2011 met hun 2.0 liter Porsche 911 uit 1965 als vierde te eindigen in de roemruchte Tour Auto rally. Ze moesten onder meer twee Cobra’s met dikke V8-motoren voor zich dulden. Lees hieronder het verhaal dat eerder verscheen in RS Porsche Magazine over de Tour Auto en team Koel. Let op: de actie in de video begint pas bij minuut 6:18.

De Tour Auto werd onder de oude naam Tour de France Auto in 1899 voor het eerst georganiseerd onder het patronage van de Automobile Club de France. Daarmee is het een van de oudste rally’s ter wereld en misschien wel de oudste. Het betrof hier een race over de openbare weg voor automobielen en motorfietsen, die maar liefst negen dagen duurde. De eerst jaren werd de rally tamelijk onregelmatig verreden, maar vanaf 1923 was het een bijna jaarlijks terugkerend fenomeen, dat alleen werd onderbroken door de crisisjaren en de Tweede Wereldoorlog. De rally was qua importantie en opzet enigszins vergelijkbaar met de Tour de France voor wielrenners en bestond uit vlakke etappes en bergtrajecten met als decor het Franse landschap. Kortom; wat de Mille Miglia voor de Italianen was, was de Tour de France Auto voor de Fransen.

In 1986 kwam er een einde aan de rally door een gebrek aan deelnemers. Daar kwam bij dat de Franse overheid het eigenlijk wel welletjes vond met het geraas over de openbare wegen. Zes jaar later nam Patrick Peter het initiatief om de Tour weer nieuw leven in te blazen. Met succes. Maar dan nu met historische auto’s tot circa 1975. Tijdens de eerste nieuwe editie kwamen ruim 150 auto’s aan de start in Parijs en vijf dagen later finishte het merendeel in Nice. Een grandioos evenement was herboren. De eerste jaren was dat onder de originele naam ‘Tour de France Automobile’, maar later staken de fietsers een spaak in het wiel door de naam op te eisen en zo werd de naam omstreeks 2000 veranderd in ‘Tour Auto’.

De formule van de Tour is eigenlijk heel simpel. Starten in Parijs en vervolgens via een bol/pijl routebeschrijving van klassementsproef naar klassementsproef. Deze worden gehouden op afgesloten wegtrajecten, waarbij het erom gaat dit traject één voor één zo snel mogelijk af te leggen. Deze trajecten zijn geheim, dus niemand heeft voorkennis. Elke deelnemer zit met zijn navigator in de auto en dient geheel aan de internationale veiligheidsvoorschriften te voldoen, dus inclusief helm en raceoverall. Eén keer per dag wordt een circuit aangedaan, waar een aantal wedstrijden wordt georganiseerd. Iedere deelnemer rijdt één race. Alle tijden worden bij elkaar opgeteld en de snelste is de winnaar.

Hans Hugenholz

Op 11 april 2011 stond Nico Koel voor de negende keer aan de start van de Tour Auto, bijna 20 jaar nadat hij de rally samen met Hans Hugenholtz won in een Ferrari. Nadien heeft hij samen met zijn dochters de Tour gereden met bescheidener klasseringen. Ditmaal stond Koel echte niet als rijder, maar als navigator naast zoon Michael aan de start. “Met Michael heb ik al heel wat autosportactiviteiten meegemaakt’, aldus Koel. “Michael kartte sinds zijn achtste levensjaar en werd Europees kampioen Juniorcadet op zijn dertiende. Na diverse podiumplaatsen in de Formule Ford en de Golf Endurance Cup gingen we samen rally’s rijden, waaronder de Clubklasse van de Wintertrial, die we in 2009 wonnen. Nu reed hij met zijn vader in een Porsche 911 uit 1965. Voor beiden een nieuwe uitdaging en ervaring.”

De Porsche, chassisnummer 303727, is een bekende rally-auto uit Duitsland. In de jaren ‘90 werd de auto opgebouwd door rallyspecialist Claus Ellermann, die er legio lokale rally’s mee reed. Ruim tien jaar later verhuisde de auto naar Griekenland, maar na één Acropolis rally vond de Griekse eigenaar het welletjes. “De Porsche werd verkocht en ik werd de nieuwe eigenaar”, aldus Nico. “We hebben de auto vervolgens naar Duel gebracht en gelukkig kreeg de 911 de zegen van Ed Poland, die hem volgens zijn specificaties opnieuw heeft opgebouwd. Als eerste werd de motor teruggebouwd naar de originele cilinderinhoud van twee liter. Eerlijkheid duurt immers het langst, zowel naar jezelf als ten opzichte van je concurrenten. De opdacht aan Ed was niet gemakkelijk. Hij moest namelijk een auto bouwen die zowel voor rally’s als voor de circuits geschikt moest zijn. Het was ook voor hem een uitdaging.”

En zo gingen vader en zoon op de 11e april in de vroege ochtend vanuit de ‘Jardin des Tuileries’ in Parijs van start voor een groot avontuur met als doel zo hoog mogelijk finishen in Biarritz, met 2.500 km asfalt voor de wielen. De circa 280 deelnemers werden aldaar opgesplitst in 3 klassen, waarvan 130 rijders voor de wat bezadigde Regularity kozen en de overige 150 zich inschreven in het Competitieklassement. Dit laatste werd weer opgedeeld in de klassementen voor auto’s van 1965 en ouder oftewel de Vhicules Historique Competition, en auto’s van 1966 tot 1980. De winnaar van de VHC is de winnaar van de Tour Auto.

Ford GT40

Tezamen met 280 deelnemers ging de karavaan die vroege ochtend richting Montlhéry, waar de officiële start zou plaatsvinden. Het oude circuit met de fameuze kombaan wordt niet meer gebruikt, maar op een aangrenzend deel werden de auto’s één voor één gestart voor de eerste klassementsproef over circa zeven kilometer. Kortom: helmen op en intercom aan en gaan. Nog wat onwennig stuurde Michael de Porsche over het snelle parcours met vangrails vlak naast de baan naar een niet onverdienstelijke 17e plaats in de VHC klasse. Daarbij was de Porsche zwaar in het nadeel ten opzichte van de dikke Cobra’s en Ford GT40-kanonnen, omdat het traject redelijk snel was.

Tegen de middag kwam de karavaan aan op het circuit van Le Mans voor de eerste race. Niet op het 24-uur circuit, maar op het Bugatti circuit, dat aangrenzend ligt en dat aangesloten is op het start-en finish gedeelte van het grote circuit. De VHC werd opgesplitst in twee startvelden en zonder navigator ging Michael de baan op voor de training. De startopstelling werd bepaald door de trainingstijd van de deelnemers. En zo startte Michael voor zijn eerst race, waarin hij, weer in het nadeel ten opzichte van de grote kanonnen, als 13e eindigde. In dit geval was echter niet de plek belangrijk maar de eindtijd. Een optelsom van alle tijden bepaalt immers het klassement. ’s Middags werd de route voortgezet richting het einddoel van de dag: Poitiers, 480 km gelegen vanaf Parijs. “De route was prachtig en de Franse dorpjes charmant”, aldus Koel. “Onderweg zagen we veel zwaaiende mensen, eigenlijk een beetje Mille Miglia-achtig, maar dan op z’n Frans.”

Na een lange dag bereikte de Porsche de stad Poitiers en in het parc fermé was het een drukte van belang. Overal waren serviceploegen aan het werk en bij sommigen werd er druk gesleuteld. “Wij lieten het bij oliepeilen” aldus Koel senior. “Volgens Ed was meer niet nodig. We gingen dan ook vroeg naar het hotel en bijtijds naar bed. De volgende ochtend moesten we immers vroeg weer op, aangezien de start voor de tweede etappe naar Objat op het programma stond. Het was een gaaf gezicht, al die prachtige bolides in de vroege ochtend. De condenserende uitlaatgassen in de ochtendzon gaven een speciaal effect aan dit tafereel. Als spoedig kwam er een klassementsproef bij Darnac, maar nu over smalle weggetjes, met hairpins en door dorpjes. Michael en de Porsche waren hier in hun element.”

De heren moesten het doen met de minimale pacenotes die vlak voor de start aan de navigator werd uitgereikt. Een klein probleempje deed zich voor. “We verkeken ons op een hairpin links”, aldus Koel. “Deze kwam toch iets eerder dan verwacht. Snel in z’n achteruit dus, maar toch circa 10 seconden verloren. Achteraf bleek dat dit heel veel andere deelnemers ook was overkomen. Een achtste plaats VHC was ons deel. Op naar het circuit Le Vigeant dus. Een prachtig circuit, zoals er in Frankrijk zo velen zijn. Kleinere circuits waar je nooit iets van hoort, maar waar Zandvoort een puntje aan kan zuigen. Voor Nederlanders is het wat dat betreft maar behelpen. De race verliep redelijk: 13e overall.”

Ed Poland

De klassementsproef van ’s middags was Arnac Pompadour; een 7 km lang glooiend asfaltlint door akkers en door dorpen. “Het waren slingerende weggetjes, waar Michael in een mooie cadans kon komen”, aldus Nico. “Ik waarschuwde hem tijdig voor hairpins en onraad. Dit voorzover het door de pacenotes kon worden aangegeven. Michael kijkt duidelijk vooruit, verder dan de neus van de Porsche. Hij ziet ondermeer aan de vorm van de bomen hoe de volgende bocht loopt. Michael leest de taal van de weg: anticiperen, vooruit kijken is het motto, op 90 procent van je kunnen en geen gekke dingen doen. De Porsche sleurt zich moeiteloos voort, de remmen zijn perfect, de balans geweldig. Michael houdt van overstuur en stuurt de auto op gas door de bochten. De geweldige Duel sound is een lust voor het oor. Kortom, een geweldige ervaring. Uiteindelijk was een vierde plaats ons deel. Ed Poland werd gebeld en meer dan tevreden hoorde hij dat wij aan het eind van de tweede dag de negende plaats overall bezetten.”

Dag drie brak aan en die bestond uitsluitend uit klassementsproeven. “Voor ons was dat beter”, aldus Koel. “Op de circuits viel voor onze 2.0 liter weinig te winnen. Daarnaast bleek dat de vijfde versnelling iets te kort was, gezien het feit dat er aan het eind van de rechte stukken gelift moest worden. Niet meer dan 7.800 toeren was de opdracht van Ed.” De proeven van Objat (8,1 km), Haute Saintonge (4,0 km) en Puisseguin (8,0 km) gingen goed voor het duo Koel. Ze eindigden als vierde, elfde en derde. “Aan het einde van de dag stonden we zevende in het algemeen klassement”, aldus Nico. “Ed kon het niet geloven. Eenmaal aangekomen in Bordeaux werd het tijd voor wat meer onderhoud dan olie peilen. De wielen gingen eraf, de remblokken werden vervangen en er kwam een vers setje Avons op. Olieverbruik: 1 liter na 3 dagen en 1.500 km. Het was de Fransen inmiddels opgevallen dat we goed gingen en voorzichtig werd er geïnformeerd waarom we zo hard gingen. ‘Nee, geen grotere motor, nee, geen Webers maar originele Solexen’ Hun reactie: ‘incroyable’.”

Consolideren

Inmiddels was het veld een beetje uitgedund. Tijdens de klassementsproeven kwamen de heren af en toe een stilstaande auto tegen, die kennelijk op 110 procent gereden had, of waarvan het mechaniek het begeven had. “De Tour Auto is vooral een kwestie van uitrijden en nooit verder gaan dan 90, maximaal 95 procent”, aldus Nico Koel. “Je niet laten gaan, je kop er bij houden, geen strijd leveren op een circuit, maar de slimste zijn, doorrijden en uitrijden. De lunches mochten er trouwens ook zijn. Prachtige buffetten op de mooiste locaties, chateaux, omgeven door de mooiste auto’s die de poort binnendruppelden: Ferrari’ s 250 GT swb, een 275 GTB, Ford Cobra’s, GT40’s, maar ook de kleinere Lotus Elans, Elites, Renault Alpines; teveel om allemaal op te noemen.” Het circuit van dag vier was Nogaro, gelegen in de buurt van Bordeaux. Een snel vlak circuit met een lang recht eind. Niet geschikt voor de Porsche dus. Consolideren was het motto, aldus Nico. “Met twee klassementproeven door de wijngaarden van Saint Emilion eindigden we de dag als vierde overall, met een Jaguar E-type van onze naaste concurrent op twee seconden achter ons op de vijfde plaats. De laatste dag bestond uit een étappe van Pau naar Biarritz. Eerst naar het prachtige circuit van Pau Arnos. Niet te verwarren met het stratencircuit van Pau, maar een nieuw aangelegd circuit op 50 kilometer van Pau.

Onderweg ontstond er een brandstofprobleem. De tank was bijna leeg en sinds Pau hadden we nog geen pomp gezien. Gelukkig stond er vlak voor het circuit een serviceploeg klaar van een concurrent. Vier jerrycans stonden klaar. Daar konden ze wel iets van missen. Dus gestopt en gevraagd of we er een één konden kopen. ‘Pas de problème’. Dat is Tour Auto.”Het circuit lag er prachtig bij. Zelden zoiets moois gezien. Glooiende hellingen, sfeervolle bosschages, mooie niveauverschillen. Vanuit de pits was 80 procent zichtbaar voor te toeschouwers. Tijdens de race vloog de op de derde plek liggende Cobra er uit, maar hij herstelde zich. Michael kwam niet verder dan de 17e plaats, maar belangrijker was het verschil met de Jaguar: die was 18 seconden op ons ingelopen, hetgeen betekende dat ie nu 16 seconden voor ons lag. De laatste proef zou de beslissing brengen. Bois de Berger, 8,2 km lang met mooie verkante bochten waar je in een flow kunt komen. Geen hairpins. Het motto was: niet te veel risico nemen, een vijfde plaats algemeen is veel meer dan we van te voren verwacht hadden. Tevreden zijn.

Rode sjerp

Voor de start had ik een sms van het thuisfront gekregen welke tijd de Jaguar had gereden: 6,09 min. Om weer vierde te worden moesten we dus sneller dan 5.53 min rijden. Dat was veel. Na 5.50 minuten werd uiteindelijk de finish gepasseerd. Een ontlading volgde: high fives, een omhelzing en een paar tranen. De uitlooproute naar Biarritz was er een om nooit te vergeten. Een prachtige rit hoog door de Pyreneeën. Boven de boomgrens, over smalle wegen, langs afgronden en wilde paarden die de weg met je deelden. Overpeinzingen volgden over hoe het allemaal gegaan was, wat er beter kon, hoe de auto nog beter opgezet kon worden. Berekend hoe wij in het virtuele klassement tot 1980 zouden staan: dertiende. Ed genoot er van. Vijftig kilometer voor Biarritz begaf de intercom het. Batterij leeg. En daarbij bleef het. Eigenlijk wel lekker rustig zo.De champagne aan de finish smaakte beter dan ooit, nagenietend aan het strand aan de Golf van Biskaje. Geheel in het wit gekleed met rode sjerp volgens Baskische traditie gingen we naar de Remise des Prix. Toen we naar voren kwamen klonk er een groot ‘bravo!’ uit de zaal: Franse Porsche-rijders die hun bewondering voor Michael en onze Porsche benadrukten. Erg sportief.

 

Advertenties
Logo-LUXURY-INS-horizontaal-wit
64-banner
Dia1
Creventic logo black