Afgelopen week werd de Porsche 911 R, die eind jaren ’60 geïntroduceerd werd, onder de aandacht gebracht. Een auto die de maatstaf zou gaan vormen voor alle sportieve varianten van de 911 die Porsche later ontwikkelde en, niet minder belangrijk, een belangrijk aandeel had in de vele successen in de autosport voor het merk. De 911 S/T was zijn successor.
De racecarrière van de 911 R was kort, mede doordat de auto niet gehomologeerd was voor het GT racen, en de 2 liter motor uiteindelijk tekort kwam. De 911 S/T kwam kort na de R op de markt en borduurde voort op de ervaring die opgedaan was met zijn uitgeklede voorganger. De aanpak bij de 911 S/T was ondanks dat net even wat anders dan bij de 911 R. Verscheidene auto’s werden gebouwd door de Werks Rennabteilung op basis van de 911 S, T en E’s die van de productielijn gehaald werden. Maar Porsche leverde ook ombouwkits aan privateers om bestaande 911’s om te bouwen naar S/T specificaties. Net als de carrosserie onderging de motor dezelfde aanpassingen als de R. Motorinhoud liep van 2,2 liter bij de eerste exemplaren tot 2,5 liter in de latere bouwjaren.
Succesvol
De 911 S/T was zowel op het circuit als in de rallysport succesvol. In handen van legendarische rallyrijders als Björn Waldegård was de S/T een geducht rallywapen. Op het circuit werden klassenoverwinningen behaald op Daytona, Sebring en Le Mans, met coureurs als Peter Gregg, Hurley Haywood, Gérard Larrousse en Jürgen Barth. Onder de teams die zelf hun S/T’s bouwden waren onder meer beroemde namen als Kremer, Brumos en Louis Meznarie. Niet zomaar een 911 dus, de S/T. Maar net als de 911 R een wat minder bekende auto. Deels ook doordat S/T’s geen specifiek chassisnummer hadden en daardoor vaak als zijnde een 911 S opgenomen werden in de resultaten.
Van E naar S/T
De Franse importeur Sonauto in Parijs had begin jaren ’70 de beslissing genomen om te investeren in de autosport. Voor coureur en Porsche dealer Robert Buchet een welkome beslissing want Buchet kon in dezelfde periode geen S/T bemachtigen bij de Rennsport afdeling van Porsche. Sonauto zag op hun beurt in Buchet een ideale partner en vertrouwde het bouwen van de auto’s toe aan de Franse coureur. In Parijs werd meteen gehandeld en een groene 911 E 2.2 uit 1971 -chassis 911 020 0699- werd uit de voorraad gebruikte Porsches gehaald en bij Buchet afgeleverd. De Porsche werd volledig gedemonteerd en naar de Werks Rennabteilung van Porsche gestuurd voor een ombouw naar S/T 2.3 specificaties.
Tour de France Automobile
In 1971 verscheen de Porsche met coureurs Claude Ballot-Léna en Jean-Claude Morénas aan de start van de Tour de France Automobile. Beide heren stuurden de 911 naar een derde plaats overall, achter een Ferrari 512M en Matra Simca MS650.
Claude Ballot-Léna was een Franse coureur met 30 jaar ervaring in de autosport, voornamelijk met Porsches. In ’69 won hij met een Porsche 911 de 24 uur van Spa en in ’83 de 24 uur van Daytona met een 935. 22 keer nam hij deel aan de 24 uur van Le Mans en pakte in 1977 een podiumplaats en schreef zeven klasse-overwinningen op zijn naam.
2,5 liter
Met de introductie van de 2,4 liter boxer in de 911, werd ook de motor van de 911 S/T vergroot. Daarmee kon Porsche maximaal inzetten in de 2,0 – 2,5 liter klasse en met 280 pk nog sterker voor de dag komen. Ballot-Léna stuurde in het seizoen van 1972 wederom met chassis 911 020 0699. De Tour de France Automobile pakte desondanks in ’72 minder succesvol uit. Kort voor het einde van de race en op dat moment op een tweede plaats, kon Claude Ballot-Léna zijn handschoenen in het handschoenenkastje opbergen na problemen met de versnellingsbak. Niettemin wist hij dat jaar het Franse kampioenschap op zijn naam te zetten en een zesde plaats overall zeker te stellen in het Europese GT kampioenschap.
S/T 020 0699 ging het jaar daarop terug naar Sonauto waar Ballot-Léna zijn nieuwe racewapen in ontvangst nam, een 911 RSR 2.8 (chassis 360 1497). In 1973 werd de Porsche door Sonauto verhuurd en zag wederom een deelname aan de Tour de France met als sponsor BP en Marie-Odile Desvignes en Brigitte Carrier aan het stuur. Vervolgens maakte de 911 S/T een aantal omzwervingen in Frankrijk om van 1987 tot 2012 bij dezelfde eigenaar te blijven. De Porsche is toen in de vergetelheid geraakt en in 2012 uiteindelijk tevoorschijn gehaald. De 911 S/T is vervolgens volledig gerestaureerd naar de originele specificaties waarmee hij in 1972 geracet heeft.
Te koop
Chassis 911 020 0699 staat nu in Frankrijk te koop. Meer informatie en de prijs voor dit mooie stukje Porsche historie zul je even op moeten vragen bij Franco Lembo Automobilia. Het zal geen verrassing zijn dat het ongetwijfeld een aanslag op het spaarvarken is.
Foto’s: Franco Lembo Automobilia
