Recent deed zich een prachtkans voor. Ik mocht de nieuwe Cayman GTS beoordelen. Daar werd ik op voorhand erg blij van. Want de Cayman is bijzonder leuk. Leuker dan de 911, als je mij vraagt. Maar al snel dacht ik aan de viercilinder. En dat temperde mijn enthousiasme. Ja, de Cayman doet het alweer twee jaar met vierpitters. Net als de Boxster. Maar ik heb er nooit aan kunnen wennen.
Rationeel gezien snap ik het. We leven in een tijdperk van uitstootbeperking en dus downsizing. Maar ik ben dat joch van twaalf, dat kwijlend langs de vangrail stond terwijl er een 993 Turbo S langs kwam brullen. En dus heb ik aan een auto als de nieuwe Cayman GTS een hele zware dobber. Ik weet op voorhand dat, wanneer me bij het uitstappen geen enkele geur tegemoetkomt, ik niet mijn best heb gedaan om alles eruit te halen. Maar als het op geluid aankomt, hebben mijn eerdere rij-ervaringen met de viercilinder boxermotor me niet kunnen overtuigen. Dat ik ooit – tijdens de eerste keer met de nieuwbakken viercilinder, ruim twee jaar geleden – naast een Kever bij het stoplicht stond en weinig verschil hoorde heeft niet geholpen.
Feestje
Na een eerste ritje ben ik er al snel achter dat het samenzijn met de GTS hoe dan ook een feestje gaat worden. Het pakketje dat Cayman GTS heet klopt aan alle kanten. Een Cayman-waardige bak vermogen met 365 paarden, een PDK-automaat die de auto onvermoeibaar door alle zeven verzetten heen blijft beuken en een wegligging waar je hevig blij van wordt. Spot on en zelfs wat speels. Ik durf wel te zeggen dat de Cayman GTS de eerste auto is die me sinds de Cayman GT4 weer echt weet te bekoren. En dat is ondanks het geluid. Want ook de nieuwe Cayman GTS weet mij geluidstechnisch niet te overtuigen. Sterker nog, opnieuw bevestigt deze viercilinder dat ik een niet af te leren obsessie heb voor flat sixes. En ik ben niet de enige. Een van mijn collega’s oppert zelfs een vergelijking met de driecilinder uit de BMW i8 en in de gemiddelde discussie valt het woord “Impreza” meermaals.
Merites
Is dat eerlijk? Natuurlijk niet. Als we de Cayman op zijn merites beoordelen is het niet zijn geluid dat ‘m zo geliefd maakt. Het is het karakter van de auto, vooral te danken aan de nagenoeg ideale gewichtsverdeling. Inherent aan de middenmotor-opstelling. Gecombineerd met fraaie looks die ook na de facelift nog steeds tot de verbeelding spreken. De Cayman spreekt een specifiek publiek aan dat een leuke sportcoupe zoekt, geen wensen heeft ten aanzien van zitplaatsen en vooral de concurrentie opzoekt met auto’s als de BMW M2. En hoewel we laatstgenoemde zelf niet aan de tand hebben gevoeld durf ik blind te beweren dat de Cayman daar zijn mannetje staat. En dus verdient de Cayman het ook om op die manier beoordeeld te worden. Pretpakket, punt uit.
(Binnenkort volgt hier een volledig testverslag van de 718 Cayman GTS)
Eén reactie
Wanneer kunnen we, na deze eerste testnotities, het volledige testverslag lezen?