Zoeken
Sluit dit zoekvak.

Waarom in hemelsnaam een Cayenne Coupé?

Vraag jij je ook wel eens af… Waarom is er een Porsche Cayenne Coupé? Ik zal proberen uit te leggen en te verklaren hoe ik denk dat het “zover” bij Porsche is gekomen.

Fotografie: Rossen Gargolov

Ook jou is zeker niet ontgaan dat de modellenreeks van Porsche steeds maar breder en groter is geworden. En dan heeft Porsche nu ook nog een nieuwe Cayenne op de markt gebracht in een Coupé-uitvoering. 

Ik hoor je bijna denken, waarom nu een coupé-uitvoering? En wat komt er allemaal nog meer aan? Misschien wel een Porsche voor de grote massa; die dan voor iedereen betaalbaar zal zijn? Zeg maar een de armeluis-Porsche. En op dit laatste zal ik in dit artikel nog een paar keer terug komen.

We hadden al de Panamera, die na jaren in 2017 ineens een zuster kreeg in de vorm van de Porsche Panamera  Sport Turismo, en nu heeft ook de Cayenne een zus gekregen in de vorm van de Coupé. Maar laten we samen een stap terug doen in de historie van Porsche.

De eerste auto waarop het embleem van Porsche prijkte was de Porsche 356, deze werd gebouwd in 1948 in de Oostenrijkse plaats Gmünd.

In de begin jaren van Porsche was er alleen de Porsche 356, door de jaren heen in verschillende uitvoeringen.

In 1963 presenteerde Porsche op de IAA in Frankfurt de Porsche 901 als de opvolger van de Porsche 356. De productie van de 901 startte in 1964 en werd eigenlijk direct opgevolgd door de eerste Porsche 911 (alleen de eerste geproduceerde 82 stuks kregen het type aanduiding 901). 

Ook dit 911 F-model (1968-1974) werd net als haar voorgangster de 356 als een type in diverse uitvoeringen verkocht. 

Maar al in 1965 zette Porsche een tweede Porschemodel op de markt, de Porsche 912.

Dit instapmodel van Porsche kwam in april 1965 op de markt naast haar sterkere evenknie, de 911. De 912 was bijna identiek aan de 911, alleen had ze een viercilinder boxermotor en was ze van binnen een stuk soberder uitgerust. Met een prijs van de eerste 912’s van 16.250 Mark tegenover de 22.900 Mark kostende 911 hoopte Porsche de 356-rijders te behouden voor het merk Porsche.

Vanwege deze goedkopere en voor velen een betaalbare prijs, was het nu ineens toch mogelijk een Porsche te kopen. En zo werd de 912 ook wel de armeluis-Porsche genoemd. In 1969 werd de productie van de Porsche 912 gestaakt.

En op dit moment werden de eerste stapjes gezet naar het bredere aanbod van Porschemodellen. De Volkswagen Porsche 914 werd in 1969 in de markt gezet en was een tweezitter met middenmotor.

De 914 werd in samenwerking met Volkswagen geproduceerd tot 1976. Volkswagen was net als Porsche op zoek naar een instapmodel als extra bron van inkomsten. En dat de 914 dat ook daadwerkelijk was blijkt uit de omzetcijfers: er zijn in totaal 118.978 VoPo’s gebouwd. Dat zijn er aanzienlijk meer dan er 911’s zijn verkocht over dezelfde periode. Dat waren “slechts” 95.491 exemplaren. Ook de 914 was een betaalbaar alternatief voor de 911. Porsche hoopte wederom haar oud-356-rijders terug halen en als klant te behouden voor het merk. 

Porsche kwam in 1976 met een opvolger voor de 914. De Porsche 924 werd het volgende instapmodel. Oorspronkelijk ontworpen in opdracht van VW, maar die wilde vanwege de oliecrisis (1973) niet met het ontwerp verder, en stopte met de ontwikkeling, waarna Porsche de rechten overnam en de auto verder ontwikkelde (Harm Lagaaij).

De 924 moest een weer de betaalbare Porsche worden. De productie werd toevertrouwd aan Audi. Die produceerde de 924 van 1976 tot 1988.

Dus was er naast een Porsche 911 (G-model, 1974-1989) weer een tweede Porsche verkrijgbaar. Sterker nog, hier kwam er een derde Porsche familielid in het spel. Naast het G-model en de 924 kwam Porsche met de Porsche 928. Dus op dit moment hadden we drie verschillende Porsche’s in de markt. 

Porsche wilde in 1977 met de 928 de inmiddels wereldberoemde Porsche 911 gaan opvolgen. 

Ik zeg nadrukkelijk, gelukkig bleven mensen in grote getalen de 911’s kopen zodat de 928 nooit de opvolger van de iconische 911 is geworden en Porsche de 911 tot aan vandaag de dag nog steeds produceert en verkoopt. Met groot succes wordt de 911 telkens weer verder ontwikkeld.

De 928 was een V8 sportcoupé met de versnellingsbak boven de achteras, of wel transaxle genoemd.

Bijzonderheid was dat de achterwielophanging zo was ontworpen dat de achterwielen in snelle bochten licht meesturen. Een geweldig autobahnkanon en erg geschikt voor langere afstanden. De roductie van de Porsche 928 liep tot 1995.

De in 1982 gelanceerde Porsche 944 was bedoeld om de 924 te vervangen. Maar de 924 bleef tot 1988 beschikbaar als goedkoper alternatief naast de nieuwere 944-modellen. De productie van de 944 eindigde 1991. De 944 was voor Porsche een enorm succes in de tachtiger jaren. 

De opvolger van de succesvolle 944 was de in 1992 gelanceerde Porsche 968. De 968 zou nooit een succes worden; ondanks speciale modellen als de 968 club sport. 

De productie stopte al na enkele jaren in 1995. 

Op dat moment zijn we “nog” in het 911 luchtgekoelde tijdperk met de Porsche 911 993. In 1998 word de productie gestaakt van de 993 en kwam er daarmee ook een einde aan de productie van luchtgekoelde Porsches.

Die luchtgekoelde Porsches worden door veel liefhebbers tot vandaag de dag beschouwd als de enige echte Porsches. De (ver)oude(rde) luchtgekoelde 911’s bleken echter onvoldoende om Porsche uit de rode cijfers te houden. Wat resulteerde dat Porsche in de jaren negentig bijna failliet ging. Er werden in 1986 nog 50.000 Porsches verkocht. In 1992 waren dat er nog slechts 14.000 stuks en gelijktijdig verloor Porsche elke dag bergen met geld. De beurskrach van 1987 en de recessie in de VS raakten Porsche hard en de verkoop liep verder, zeg maar gerust dramatisch terug. Wat ook niet hielp was dat Porsche inmiddels het imago van oudbakken en te duur had gekregen. Porsche was een noodlijdende sportwagenfabrikant. Dat elk moment kon worden overgenomen, maar niemand zich nog aan waagde. 

Gelukkig kwam er onder leiding van de nieuw benoemde CEO Wendelin Wiedeking licht in de gitzwarte tunnel. Hij haalde de bezem door het bedrijf en haalde nieuw bloed binnen. Ingenieurs en specialisten, onder meer uit Japan. Vooral deze Japanners zorgden er voor dat Porsche met minder mensen, sneller en met een hogere kwaliteit auto’s kon gaan bouwen. De productietijd werd van 6 weken teruggebracht naar nog maar 5 dagen. Na deze grote verandering op de werkvloer en cultuur binnen Porsche kwam Porsche in 1996 op de markt met de watergekoelde Boxster (986).

De eerste stappen naar het tijdperk watergekoeld waren eigenlijk al begonnen met de 924, 944, 968 en 928. 

Maar in 1996 begon “officieel” het watergekoelde tijdperk, met deze eerste generatie Boxster. Het werd, en is tot vandaag een waar succes gebleken, die ook met de verkoopcijfers de stoutste verwachtingen overtroffen. De Boxster is naar mijn mening door velen ondergewaardeerd, en toch ook vaak wat belachelijk gemaakt als vrouwen- en kappers-Porsche. Ten onrechte. Ook vaak door Porsche-rijders die niet konden en wilden accepteren dat veranderingen met nieuwe watergekoelde modellen noodzakelijk was. Maar vaak ook uit onwetendheid door mensen die zelf nog nooit een Boxster hadden gereden en hun oordeel baseerden op “horen zeggen”: dit betaalbare instapmodel kon alleen al vanwege zijn prijs niet goed zijn. Niets is minder waar, de Porsche Boxster heeft geweldige rijeigenschappen, die vaak beter zijn dan die van de 911’s. In 1999 kwam de eerste watergekoelde 911 in de vorm van de Porsche 996 op het toneel. 

En weer volgden allerlei vooroordelen en kritiek. Vooral de koplampen moesten het ontgelden. Spiegeleieren vanwege de vorm en de oranje geïntegreerde knipperlichten. Ook dit ontwerp ontstond om productiekosten te besparen. Een ander veel gehoorde kritiek was dat de Boxster en de 996 aan de voorzijde teveel op elkaar leken. En ja, dat deed de eerste generatie. 

Wat niet te ontkennen valt is dat de 996, met haar watergekoeld zescilinder 3,4-liter boxermotor samen met de Boxster Porsche van een zekere ondergang hebben gered. De Nederlandse ex-Porsche-ontwerper Harm Lagaaij is verantwoordelijk voor het design van beide modellen en speelde dus zo een belangrijke rol in de wederopstanding van Porsche, onder leiding van CEO Wendelin Wiedeking. Zonder de 996 en de Boxster 986 (de 996 is eerder ontworpen dan de 986) had er nu zeer waarschijnlijk geen Porsche meer bestaan. Ik ken verhalen van de oudere Porsche-rijders en werknemers dat de Porscheborden al bij de dealers van de gevel en muren waren gehaald en plaats maakten voor bijvoorbeeld een “ster”.

Maar laten we niet de Porsche Cayman vergeten; die verscheen in 2005 om het gat tussen de Porsche 911 997 model (2004-2011)en de Boxster in te vullen.

In 2003 verscheen vervolgens de Porsche Cayenne in de Porsche-showrooms.

Dit was pas echt godslastering voor vele Porschefanaten: een SUV-tractor met het Porsche-embleem op de kap. Zouden deze “fanaten” eens terug kijken in de geschiedenis van Porsche, dan was de pijn wellicht minder groot geweest. Het zou niet de eerste “trekker” en of “terreinwagen” zijn die door Porsche was ontworpen en ook gebouwd. Maar mede door het feit dat de Cayenne voor Porsche het best verkopende model werd in de geschiedenis van Porsche als sportwagenfabrikant, lag Porsche weer in echt veilig vaarwater. 

Naast de Cayenne en de Porsche 911 997 kwam in 2009 de Panamera ten tonele. 

Vier jaar later, in 2013, was het de beurt aan de Macan om naast de Porsche 911 991 (2012-2019) ten tonele te verschijnen.

Daarmee was het aanbod van de diverse modellen en types nog breder; de 911, Boxster, Cayman, Cayenne, Panamera, en dan de Macan 

En of we het nu wel of niet leuk vinden: het feit blijft dat mede door deze grotere keuzen en aanbod, de potentiële klantengroep vele malen groter is geworden. Wat resulteert in meer omzet en zo in een kerngezond Porsche met een nog steeds groeiende jaaromzet.

Samengevat: vanaf 1965 had Porsche al gelijktijdig twee modellen sportauto’s in de verkoop en vanaf  2009 werd het aanbod van Porsche qua diverse modellen steeds groter. Van wat in 1948 begon met één model, groeide uit naar vandaag de dag een scala van modellen en types. En ja, men kan zich natuurlijk afvragen of de exclusiviteit van het merk er onder lijdt en zelfs het imago van Porsche als sportwagenproducent. Maar uiteindelijk gaat het tenslotte ook bij Porsche om omzet en zwarte cijfers. Maar ook om een groter marktaandeel te bemachtigen in de automarkt. Marktaandeel dat ook voor Porsche van belang is voor het veiligstellen van het voortbestaan van Porsche in de toekomst. Een toekomst waar mobiliteit en ook de sportwagens nu al sterk aan het veranderen zijn. De volgende grotere stappen op dit gebied worden langzaam steeds duidelijker en ook fysiek zichtbaar. Denk aan de volledig elektrische Taycan die op niet al te lange termijn  zal worden uitgeleverd. 

En de aankondigingen dat bijvoorbeeld de nieuwe Macan straks alleen nog maar elektrische aangedreven leverbaar zal zijn. Is dan de Porsche 911 992 de laatste op benzine aangedreven 911? Want dat er een hybrid 911 zal gaan komen is naar mijn mening wel zeker. 

Het in de markt zetten van een Coupé SUV past overduidelijk in de lijn van de Porsche-strategie om een steeds groter publiek als potentiële klant te bereiken. En ook om voor de Porsche-klanten een steeds grote keuze mogelijk te maken, waardoor de kans kleiner is dat deze eventueel van fabrikant/merk zouden wisselen. Binnenkort gaan we zelf met de Cayenne Coupe op pad om deze aan de tand te voelen. We zijn vooral benieuwd hoe we de auto moeten plaatsen in de rest van het gamma, maar daarover later meer. Wil jij iets specifieks weten over de Cayenne Coupe? Laat het ons weten, dan nemen we het mee.

(De oplettende lezer is waarschijnlijk opgevallen dat modellen als de Type 64, 550, 718,  930, 959, Carrera GT en 918 niet in dit artikel zijn meegenomen. Omdat het hier Porsches betreft die in beperkte oplage zijn gebouwd hebben we deze buiten beschouwing gelaten)

Advertenties
Logo-LUXURY-INS-horizontaal-wit
64-banner
Dia1
Creventic logo black