Zoeken
Sluit dit zoekvak.

De Formule 1 avonturen van Porsche (deel 2)

Onlangs plaatsten we deel 1 van de avonturen van Porsche in de Formule 1. Geen groots verleden want het indrukwekkende palmares van Porsche in de autosport zien we vooral terug in het endurance racen. Maar het is zeker een mooi stukje historie in de fraaie geschiedenis van het merk om op terug te blikken.

Mooie overwinningen

Porsche gooide de handdoek nog niet in de ring en de omslag kwam in 1960. De 718/2 had nog wat kleine aanpassingen ondergaan en Porsche zat de Ferrari’s, Coopers en Lotussen inmiddels op de hielen. Dat jaar zouden er mooie overwinningen in de boeken bijgeschreven worden en er werd zelfs serieus meegestreden om het kampioenschap. Jo Bonnier en Graham Hill kwamen uit voor het Werks Team en regerend Formule 2 kampioen Stirling Moss – die onder contract stond bij het R.R.C. Walker Racing Team – had eveneens de beschikking over een Porsche 718/2. De Behra-Porsche was overgegaan naar het Camoradi USA team, maar deze Porsche bleek niet competitief genoeg meer. In de openingsrace op Circuito di Siracusa in Italië werden nog geen successen geboekt, het was de Ferrari Dino 156 met Wolfgang von Trips aan het stuur die zegevierde, gevolgd door de Coopers. Stirling Moss moest de strijd staken vanwege motorpech en Jo Bonnier was zelfs helemaal niet aan de start verschenen. Op Circuit du Heysel voor de Belgische Grand Prix een maand later, verliep het al een stuk beter en Stirling Moss stuurde zijn Porsche tussen een rij Coopers en hield stand, om vervolgens de tweede plaats op het podium te bestijgen. Voor Jo Bonnier was er opnieuw geen succes.

1-2-3 in Engeland

De volgende grote race was op het circuit van Pau, waar de Belg Olivier Gendebien de honneurs waarnam in de Werks auto. Gendebien klaagde weliswaar over het schakelgedrag van de auto, maar wist uiteindelijk wel een derde plaats te behalen. De eerste grote zege voor de Porsche 718/2 kwam op het Aintree Circuit in Engeland, Stirling Moss en het Rob Walker Racing Team hadden hun zaakjes het beste voor elkaar en hun Porsche kwam als eerste over de finish. Jo Bonnier en Graham Hill maakten het feestje compleet met de twee Werks Porsches door als tweede en derde te finishen.

In Duitsland werd er niet stil gezeten en in juli werden twee nieuwe 718/2’s toegevoegd aan het Porsche Werks team. In de Grand Prix op eigen bodem behaalde het fabrieksteam een dubbelzege, Jo Bonnier pakte de winst voor Wolfgang von Trips die als gastcoureur voor Porsche uitkwam. Graham Hill moest een Cooper voor zich dulden en kwam als vierde over de streep. De Grand Prix op Monza, een race voor zowel Formule 1 als Formule 2 auto’s, was geen succes, de eerste drie plaatsen werden opgeëist door de rode bolides uit Maranello. Hans Herrmann die zich als tiende gekwalificeerd had op de grid, met een Werks Porsche, wist nog behoorlijk wat tijd goed te maken en finishte uiteindelijk als zesde. Daarmee haalde hij voor Porsche het enige punt in het wereldkampioenschap Formule 1 voor 1960 binnen.

Opnieuw een hattrick

Op Zeltweg in Oostenrijk kon er met de 718/2 opnieuw een hattrick in de geschiedenisboeken bijgeschreven worden. Stirling Moss pakte de zege voor het Rob Walker Racing Team, voor Hans Herrmann en Edgar Barth. Jo Bonnier liet weer van zich horen tijdens de Grand Prix op Modena, waar hij de Ferrari Dino’s te snel af was, die daarop met een tweede en derde plaats genoegen moesten nemen. Hans Herrmann en Edgar Barth haalden het podium net niet. Met een overwinning van Hans Herrmann op Innsbruck liep het seizoen op zijn einde. En zo deelde Porsche met het Britse Cooper de constructeurstitel in het Formule 2 kampioenschap.

Typ 787

Met de mogelijkheid om met 1.5 liter motoren in Formule 1 deel te kunnen nemen, vond de transitie plaats van Formule 2 naar Formule 1. Het team van Rob Walker Racing stapte over naar Lotus en daarmee was het wegvallen van Stirling Moss een tegenvaller voor Porsche. De 718/2 van Rob Walker Racing kwam in handen van de excentrieke Nederlandse coureur Carel Godin de Beaufort en binnen het Werks Team werd Jo Bonnier vergezeld van de Amerikaan Dan Gurney. De Porsche 718/2 onderging een aantal wijzigingen om hem aan te passen aan de vereiste specificaties voor Formule 1.

Naast het aanpassen van de 718/2 werd er ook gewerkt aan een nieuw chassis, de Typ 787. De 718/2’s dienden als prototype voor de Typ 787. Alle drie de auto’s hadden nu een Kugelfischer brandstofinjectie op de viercilinder boxermotoren in plaats van de bekende Weber carburateurs. Het debuut voor het wereldkampioenschap Formule 1 volgde in de Grand Prix van Monaco, waar drie 718/2’s aan de start verschenen, daarvan was er één een Typ 787.  Jo Bonnier reed de 787 en Dan Gurney en Hans Herrmann de oudere 718/2’s. Maar de Porsches konden het tempo van de Ferrari’s en Lotussen niet bijbenen, Dan Gurney behaalde ondanks dat een nette vijfde plaats en haalde hiermee de eerste punten voor Porsche binnen.

Ben Pon op Zandvoort in de Porsche 787

Zandvoort

Porsche had de tweede 787 inmiddels gereed voor de race op Zandvoort, maar de vier auto’s die door het Werks Team ingezet werden speelden geen rol van betekenis. Door de teleurstellende resultaten werd het Typ 787 chassis aan de kant gezet en werd er eveneens teruggegrepen op de oude vertrouwde Weber carburateurs. Het bleek geen slechte greep, de weliswaar gedateerde Porsches deden het in de Belgische Grand Prix een stuk beter met een zesde en zevende plek voor respectievelijk Gurney en Bonnier. Carel Godin de Beaufort finishte net buiten de top 10. Gurney had de smaak te pakken en scoorde in drie races een tweede plaats en vocht op Reims zelfs een fraai slipstream duel uit met de Ferrari van Giancarlo Bagehtti. Gurney verloor het duel met een tiende van een seconde. Ook Jo Bonnier wist nog enkele punten binnen te halen voor Porsche, waarmee het Werks team in 1961 uiteindelijk derde werd in de race om de constructeurstitel.

Volgende keer; het 787 chassis krijgt een opvolger.

Foto’s: Porsche AG

Advertenties
Logo-LUXURY-INS-horizontaal-wit
64-banner
Dia1
Creventic logo black