Met de 911 T brengt Porsche opnieuw een analoge variant van zijn meest aansprekende variant. Het principe is vergelijkbaar met dat van de 911R: terugkeren naar de essentie, met een lager gewicht en een manuele versnellingsbak.
In deze dagen van elektrische aandrijving, steeds strengere verkeershandhaving en zelfstandig rijdende voertuigen, blijkt de authentieke auto nog niet uitgespeeld. In ieder geval niet bij Porsche. Het succes van de analoge, pure en eerlijke 911 R heeft duidelijk iets losgemaakt bij de klanten. En dus speelt Porsche daar handig op in met steeds meer voor puristen bedoelde afgeleiden. Zo waren er al de 911 R en de GT2 RS, maar ook de onlangs onthulde Cayman 718 GTS. En nu is daar dan de 911 T.
Om maar meteen met de deur in huis te vallen: het model heeft niets te doen met de ondergemotoriseerde 911 T uit 1968 en ook niet met de 911 Turbo – alhoewel het model wel is voorzien van twee turbo’s. Nee, Porsche wilde de auto aanvankelijk ‘Clubsport’ noemen, naar de 3.2 Clubsport uit 1987. Helaas heeft BMW op dit moment de eigendomspapieren van deze toevoeging en dus was ‘T’ het beste wat ze konden bedenken. De T verwijst naar de instap-911 van eind jaren zestig met zijn simpele, 125 pk sterke 2.2-blok. Geen lekkere referentie, maar ze moesten wat.
Beukenboom
De toevoeging Clubsport had veel beter gepast. Want: ook minder gewicht, sportonderstel, handbak, mechanisch sperdifferentieel en geen extra vermogen. Tuurlijk, je kunt PDK bestellen, achterwielbesturing, stoelverwarming en –ventilatie, cruise control met radar en alle opties uit het boekje. Maar wanneer dat je fetish is, ga dan voor de GTS. Dit model is bedoeld om lekker mee te gaan sturen. Want dat is de grote kracht van de 911 T. Lekker een paar Alpenpassen aframmen, een paar uurtjes het circuit op, ’s avonds nog even een dijkweggetje pakken op een mooie zomeravond. Met zijn 270 pk is de auto snel, maar niet angstaanjagend. Je voelt de achterzijde mooi komen en kunt de banden lekker laten piepen, maar dan zonder dat je met samengeknepen billen zit te vrezen dat ze je – zoals bijvoorbeeld in een GT3 – uit een beukenboom moeten schrapen wanneer je net over de grens tussen grip en slip schiet.
Met zijn turbomotor zorgt de 911T voor die lekkere koppelcurve die je vooral in de bergen enorm helpt. Een kortere eindoverbrenging – alleen op de handbak – zorgt bovendien voor een sneller reagerende aandrijflijn. Andere zaken die niet verkrijgbaar zijn op de 911 Carrera, zijn het 20 millimeter verlaagde sportonderstel PASM, het lichtere Sport Chrono Package, een korte versnellingspook met rood schakelpatroon en stoelen waarvan het midden met Sport-Tex is bekleed. Bovendien kan hij in tegenstelling tot de 911 Carrera met de optionele gestuurde achteras worden besteld.
Gewichtsreductie
Uiterlijk onderscheidt de 911 T zich ook van de rest, onder meer door zijn minder uitgebreide kleurenpalet. Verder heeft hij een geoptimaliseerde spoilerlip, grijze buitenspiegelkappen en 20 inch Carrera S-velgen. Op de achterklep zijn andere luchtopeningen aangebracht. Het GT Sport-stuur is bekleed met leer en krijgt standaard de Mode-knop om de verschillende rijprogramma’s te kiezen. Volgens Porsche is elk specifiek element van de 911 T afgestemd op maximale sportiviteit en een lager gewicht. Zo zijn de zij- en achterruiten gemaakt van lichter glas en zijn de deurklinken binnenin vervangen door treklussen, net als bij de RS-uitvoeringen. Er is minder geluiddempend materiaal gebruikt en de achterbank is verwijderd. Omdat gewichtsreductie voorrang kreeg, moet de klant het ook zonder het infotainmentsysteem doen. Daarmee weegt deze 911 T leeg 1.425 kilo, wat uiteindelijk maar 20 kilo minder is dan een 911 Carrera. Qua kleurstelling kun je kiezen uit Racinggeel, Indisch Rood en GT-zilver.
Uniek
Daarmee heb je nog geen 911 R en al helemaal geen GT3. De auto moet als niet zodanig worden beschouwd. Een uurtje trackday kan prima, maar niet te vaak en liefst niet met GT3’s in de buurt, want die maken gehakt van de T. Het onderstel lijkt niet op dat van de GT-auto’s en ook de rest is er niet op berekend. Maar de auto lijkt ook niet op zijn ‘stamvader’ uit 1969. Eigenlijk is het een soort GTS light. Geen racer, geen instapmodelletje, geen luxueuze allrounder, maar gewoon een lekkere, iets lichtere 911, waarmee 95 procent van de Porsche-rijders zich jaar in jaar uit onder alle omstandigheden uitstekend kan vermaken. Net zoals de 3.2 Clubsport uit de jaren tachtig. Wat een rotzakken bij BMW!
Technische specificaties Porsche 911T
De zescilinderboxer is 370 pk sterk en heeft een koppel van 450 Nm tussen 1.750 en 5.000 toeren. De pk/gewichtsverhouding is iets beter dan die van de Carrera met 3,85 kg/pk. Daarmee sprint hij 0,1 seconde sneller van 0 naar 100 km/u dan de 911 Carrera Coupé, namelijk in 4,5 seconden. Na 15,1 seconden rijdt de 911T 200 km/u. De PDK-versnellingsbak met dubbele koppeling staat op de optielijst voor nog betere prestaties (respectievelijk 4,2 en 14,5 seconden voor dezelfde exercities). In beide gevallen ligt de topsnelheid op 290 km/u. De 911 Carrera T met handbak kost 149.016 euro. De versie met PDK-automaat kost 143.100 euro. Ter vergelijk: een standaard 911 Carrera met handbak kost 124.968 euro (118.700 euro voor de PDK).